Een Lam ten brandoffer | ds. A. Breeman

Ds. A. Breeman (17 mei 1904 – 9 juni 1972) was predikant van de Reformed Congregations of North America te Paterson (VS) van 26 
januari 1964 tot zijn overlijden. 

Van geboorte was hij een Amerikaan. Zijn ouders emigreerden in de negentiende eeuw vanuit Flakkee naar Noord-Amerika. 

Op 4 maart 1930 werd de gemeente geïnstitueerd en werd 
Breeman op 25-jarige leeftijd ouderling van deze gemeente. 34 jaar heeft hij in dit ambt mogen dienen waarna hij door dr. C. Steenblok bevestigd werd tot predikant.

De predicaties die u in dit boek vindt, te weten 12 lijdens-, 2 paas- en 1 biddagpredicatie, zijn eenvoudig, maar bevindelijk van karakter. Hij had ook veel met de kinderen en de jeugd van de gemeente op en wist hen ook tijdens de preken gevoelig aan te spreken. Steeds legde ds. Breeman de noodzakelijkheid van de waarachtige bekering aan het hart van zijn hoorders. 

 

Inhoud:

Woord vooraf door ds. A. Geuze 

1. Een lam ten brandoffer
Genesis 22 vers 8:
En Abraham zeide: God zal Zichzelven een lam ten brandoffer voorzien, mijn zoon. Zo gingen zij beiden tezamen.

2. Jezus onderwijst Zijn discipelen
Matthéüs 16 vers 21:
Van toen aan begon Jezus Zijn discipelen te vertonen dat Hij moest heengaan naar Jeruzalem, en veel lijden van de ouderlingen en overpriesters en schriftgeleerden, en gedood worden, en ten derden dage opgewekt worden.

3. Ik ben de goede Herder
Johannes 10 vers 14-15:
Ik ben de goede Herder; en Ik ken de Mijnen en word van de Mijnen gekend. 
Gelijkerwijs de Vader Mij kent, alzo ken Ik ook den Vader; en Ik stel Mijn leven voor de schapen.

4. Wij wilden Jezus wel zien
Lijden en Heilig Avondmaal
Johannes 12 vers 21:
Dezen dan gingen tot Filippus, die van Bethsáïda in Galiléa was, en baden hem, zeggende: Heer, wij wilden Jezus wel zien.

5. Het lijden van Christus in de hof van Gethsémané
Markus 14 vers 34-36:
En zeide tot hen: Mijn ziel is geheel bedroefd tot den dood toe; blijft hier en waakt. 
En een weinig voortgegaan zijnde, viel Hij op de aarde, en bad, zo het mogelijk ware, dat die ure van Hem voorbijging.
En Hij zeide: Abba, Vader, alle dingen zijn U mogelijk; neem dezen drinkbeker van Mij weg; doch niet wat Ik wil, maar wat Gij wilt.

6. Waakt en bidt
Markus 14 vers 37:
En Hij kwam en vond hen slapende, en zeide tot Petrus: Simon, slaapt gij? Kunt gij niet één uur waken?

7. De Schriften moeten vervuld worden
Markus 14 vers 48-49:
En Jezus antwoordende zeide tot hen: Zijt gij uitgegaan met zwaar den en stokken als tegen een moordenaar, om Mij te vangen? 
Dagelijks was Ik bij ulieden in den tempel lerende, en gij hebt Mij niet gegrepen; maar dit geschiedt opdat de Schriften vervuld zouden worden.

8. Het ellendige einde van Judas
Matthéüs 27 vers 9-10:
Toen is vervuld geworden hetgeen gesproken is door den profeet Jeremía, zeggende: En zij hebben de dertig zilveren penningen genomen, de waarde des Gewaardeerden van de kinderen Israëls, Denwelken zij gewaardeerd hebben; 
En hebben dezelve gegeven voor den akker des pottenbakkers, volgens hetgeen mij de Heere bevolen heeft.

9. Christus voor Pilatus
Markus 15 vers 1:
En terstond des morgens vroeg hielden de overpriesters tezamen raad met de ouderlingen en schriftgeleerden en den gehelen Raad; en Jezus gebonden hebbende, brachten zij Hem heen en gaven Hem aan Pilatus over.

10. Christus’ lijden voor Zijn volk
Lukas 23 vers 26 en 33:
En als zij Hem wegleidden, namen zij enen Simon van Cyréne, komende van den akker, en legden hem het kruis op, dat hij het achter Jezus droeg.

En toen zij kwamen op de plaats genaamd Hoofdschedelplaats, kruisigdenzij Hem aldaar, en de kwaaddoeners, den een ter rechter- en den ander ter linkerzijde.

11. Christus’ zielenlijden tijdens de drie-urige duisternis 
Markus 15 vers 33-34:
En als de zesde ure gekomen was, werd er duisternis over de gehele aarde, tot de negende ure toe. 
En ter negender ure riep Jezus met grote stem, zeggende: ELOÏ, ELOÏ, LAMMA SABACHTHANI? Hetwelk is, overgezet zijnde: Mijn God, Mijn God, waarom hebt Gij Mij verlaten?

12. De heerlijke opstanding van Jezus Christus
Eerste Paasdag
Lukas 24 vers 5-6:
En als zij zeer bevreesd werden en het aangezicht naar de aarde neigden, zeiden zij tot haar: Wat zoekt gij den Levende bij de doden? 
Hij is hier niet, maar Hij is opgestaan. Gedenkt hoe Hij tot u gesproken heeft, als Hij nog in Galiléa was.’

13. De verschijning aan Maria Magdaléna
Johannes 20 vers 9:
Want zij wisten nog de Schrift niet, dat Hij van de doden moest opstaan.

14. Een opwekking tot herdenking, aanbidding en liefde
Nabetrachting Heilig Avondmaal
Psalm 105 vers 5:
Gedenkt Zijn wonderen die Hij gedaan heeft, Zijn wondertekenen en de oordelen Zijns monds.

15. Leer ons bidden
Biddag
Lukas 11 vers 1:
Heere, leer ons bidden.


Ds. A. Breeman | Een Lam ten brandoffer