Abraham Hellenbroek
Abraham Hellenbroek werd geboren op 3 december 1658 te Amsterdam. Zijn vader, Jan Hellenbroek, was koopman van beroep. Toen Abraham 5 jaar was, woedde in Amsterdam een hevige pestziekte. Op 10-jarige leeftijd ging hij naar een Latijnse school, en behoorde toen tot de beste leerlingen. Hij had een voorbeeldige levenswandel.
Toen hij op 16-jarige leeftijd op de Academie kwam, hield hij een oratie in Latijnse verzen over ‘ De broosheid des menselijken levens’. In 1677 werd hij als student ingeschreven, en studeerde er allerlei wetenschappen, om zich later geheel aan de theologie te wijden. Op 17 maart 1682 mocht hij zijn studie afsluiten.
Op 28 februari 1683 werd hij te Zwammerdam bevestigd, Zwijndrecht volgde in 1691. In 1694 werd hij herder en leraar van Zaltbommel en in 1695 te Rotterdam. ‘Het behaagde de Algenoegzame Zich als een verzoend God aan mijn ziel te ontdekken, in het 7e jaar mijner ambtsbediening’, zo deelt hij ons mee. In Zwammerdam huwde hij met Geertruida van der Hoeven op 21 februari 1690. Van zijn 6 kinderen, stierven er 4.
Hij was een zeer ijverig man, naast zijn ‘gewone’ dienstwerk hield hij zijn wekelijkse oefeningen. In de omgang met andere mensen was hij zeer zachtmoedig en nederig. Ds. Hellenbroek heeft veel vrucht op zijn arbeid mogen zien. Bij het ouder worden werd zijn stem zwakker en kon men hem moeilijk verstaan. De laatste predicatie hield hij over Psalm 16:11.
In 1728 ging Hellenbroek met emeritaat. Op de rustdag 16 december 1731 is deze knecht van God ontslapen om wakker te worden in de hemel.
Hij is heden nog bekend, en beroemd door zijn predicatiën over het lijden des Heeren, ‘De Kruistriumph van Vorst Messias’. Niet minder bekend is hij door zijn ‘Voorbeeld der Goddelijke Waarheden’, hét catechisatievragenboekje, waaruit vele kinderen zijn onderwezen. Dit boekje zag in 1706 het levenslicht, en de vader van de Afscheiding Hendrik de Cock, slaagde er niet in om het in de Christelijke Afgescheiden Gemeente te laten vervangen door de catecheseboekjes, die door de Dordtse Synode van 1618-1619, goedgekeurde Heidelbergse Catechismus. Dit catechisatieboekje verscheen in 1765, ook in de Engelse taal, en gebruikt bij de Gereformeerden in de USA.
Zijn hoofdwerk is wel ‘De Euangelische Jesaia’, waarin hij in 4 delen van ongeveer 1000 bladzijden het Bijbelboek Jesaja behandeld. Ook zijn ’Salomons Hoogliet verklaert en vergeestelijckt’, is een belangrijke uitleg over het Bijbelboek Hooglied.