Arthur Hildersham
Arthur Hildersham werd in 1563 te Stetchworth geboren. Arthur kreeg een Rooms Katholieke opvoeding. Hij studeerde aan het Saffron Walden College, en aan het Christ’s College te Cambridge. Hildersham was een begaafd student wat niet onopgemerkt bleef. De 3e Graaf van Huntingdon, Henry Hastings, had gehoord over de uitmuntende studieresultaten van Arthur. Hastings besloot toen de jonge Arthur te helpen. Nadat Hildersham was afgestudeerd zorgde Henry Hastings voor een passende gemeente. Zo werd Arthur predikant in de Church of St.Helen’s Ashby-de-la-Zouch.
Arthur was met de predikant John Ireton, die later predikant van Kegworth was, bevriend. Ireton heeft Arthur vaak geholpen, waarvan deze dankbaar gebruik maakte. Toen de familie Hildersham dit ter ore kwam waren ze boos. John Ireton was Protestant, en de familie Hildersham Katholiek. Tijdens deze periode had Arthur veel vragen en raadsels. Hij werd een overtuigd Puritein. Hildersham was literair uitvoerder van de laatste wil van John Dod, en van Thomas Cartwright, die in 1603 is overleden. Hildersham was één van de initiatiefnemers van de petitie Millenary. Ook Stephen Egerton deed hieraan mee.
In 1603 werd Arthur voorgesteld aan Koning Jacobus I. De Koning heeft Arthur echter afgewezen door, de daaropvolgende, Hampton Court Conference. Arthur kreeg maar 4 stemmen van de gematigde Puriteinen die in deze vergadering aanwezig waren. In 1605 werd Arthur geschorst. Een beroemde tijdgenoot van Hildersham was William Lilly (geboren in 1602). Deze man schreef een Biografie over Hildersham met de titel ‘Geschiedenis van zijn leven en de tijd’. De docent van William Lilly was John Brinsley Senior, ook een bekende van Hildersham. Arthur heeft ook op het Burton-on-Trent College gedoceerd. De exorcist Thomas Darling, een tijdgenoot van Hildersham, erkende hij niet. Opmerkelijk is dat hij met John Darrell, ook een exorcist, wel contacten had. Ook had Arthur connecties met Edward Wightman, die ketterse opvattingen had. Deze man is in 1612 als ketter verbrand.
Rond 1615 kwam Arthur in contact met Franciscus Higginson. Franciscus werd in 1629 bevestigd in de gemeente Salem te Massachusetts, en was, door toedoen van Arhtur, ook een non-conformist geworden. Arthur was een achterkleinzoon van de 8e Gravin van Salisbury, Margaret Pole. Deze Gravin was de laatste persoon van de Plantagenet dynastie. Dit verklaard een uitspraak van Koningin Elisabeth R., die Hildersham, neef Hildersham noemde.
In 1632 is deze belangrijke theoloog overleden. Hij had een zoon die ook Samuël Hildersham heette. Deze was rond 1594 geboren en in 1674 overleden. Deze predikant was net als zijn vader geschorst wegens zijn non-conformistische geloofsovertuiging. Hildersham schreef een paar boeken, waaronder ‘Leere van vasten’, hetwelk in 1633 te Engeland werd uitgegeven. De Hollandse vertaling verscheen in 1659. Verder ‘Fonteyne des Levens. De Historie van des Hovelincks Soon’. Jacob van Biesen heeft dit werk, in het Nederlands, in 1634 uitgegeven.
Arthur schreef verder ‘Theologia Practica. Dat is een Verklaringhe over de neghen eerste Versen van den 51e Psalm’. Daarna schreef hij ‘Salomons Goede Raad’, hetwelk in 1658 verscheen. Tenslotte ‘ Twee Godtvruchtighe Meditatiën’, welk in 1669 te Arnhem verscheen.